“Sticking feathers up your butt does not make you a chicken.”
Tyler Durden– Fight Club
Spullen, spullen en nog meer spullen. In de aanloop naar mijn reis naar Zweden wilde ik eens heel goed gaan opruimen.
In de film Fight Club van David Fincher blijkt uit een iconische plot twist dat de verteller van het verhaal zijn eigen appartement heeft opgeblazen als zijn alter ego Tyler. Door al zijn zorgvuldig geselecteerde Ikea-meubels, waarvan hij ooit dacht dat ze hem definieerden, te ruïneren en te verwijderen, maakt de Verteller zich los van zijn consumentistische karakter.
Aan deze scene moest ik denken toen ik mijn zolder en garage ging opruimen. Hoe was het in godsnaam mogelijk om in pak-hem-weg dertig jaar tijd zoveel spullen en troep te verzamelen die ik eigenlijk helemaal niet gebruik? En waarom had ik al deze spullen ooit aangeschaft?
Fight Club is geen film over vechten: het is een verhaal over het leven, en het gaat over het bevrijden van de bedrijfs- en culturele invloeden (of misschien de samenvloeiing van die twee) die ons leven beheersen.
Een volgende vraag die mij overviel was waarom ik zoveel moeite had om al die overbodige spullen weg te geven, of weg te gooien? Bij alles wat door mijn handen ging kwam de gedachte op “misschien kan ik het ooit nog een keer gebruiken” en dat terwijl ik het al jaren niet gebruikt had. Ik moest hierbij denken aan een stukje tekst uit een essay van The Minimalists.
“If you own too much stuff,
watching a “67 decluttering steps” video won’t help.
The problem isn’t a shortage of decluttering tips—
the problem is the attachment to stuff.”
Kortom het was en is bij mij een heel moeizaam proces. Kleding die ik al jaren niet had gedragen ging door mijn handen, ik trok het aan, het meeste zat niet lekker of stond niet leuk en dus wist ik waarom ik het nooit droeg. Het kon dus gewoon weg. T-shirts, truien en overhemden (sommige nog verpakt) het kon allemaal weg. Ik vond een doos met sportkleding waaronder dertig hardloopshirtjes van hardloop wedstrijdjes die ik ooit gelopen heb. Ik trok ze één voor één aan, voelde de stof en keek in de spiegel of ze goed zaten. Vijftien bleven er over om te bewaren. De kleding die weg kon vouwde ik op en deed het in een vuilniszak en bracht het naar de kledingcontainer. Het voelde goed. Er leek echter geen einde aan te komen. Het schoot gewoon niet op. De moed zonk mij in de schoenen, volgend weekeinde maar weer verder dacht ik al snel. Boeken, uit alle hoeken en gaten kwamen boeken vandaan. Sommige gelezen, andere half gelezen en ook ongelezen boeken. Ik maakte drie stapels, één stapel met boeken die, gelezen of ongelezen, echt weg konden. Een volgende stapel die ik, gelezen of ongelezen, ooit nog een keer wilde lezen en een stapel die ik mee wilde nemen op reis. De stapel met boeken die weg kunnen heb ik naar de kringloop winkel gebracht. Tot nu toe 2 verhuisdozen vol. Ik vind het gewoon geen leuke klus, ik zie ertegenop ondanks dat het resultaat wel goed voelt
En dan moet ik aan de de lastigste klus nog beginnen, het opruimen van mijn fietsen en bijbehorende fietsspullen en onderdelen. Zes, zeven, acht fietsen, wielensets, trappers, sturen. Wielerkleding, helmen, fietsbrillen en fietsschoenen. Het houdt gewoon niet op.
Naarmate de deadline naderde werd ik rigoureuzer. Maar dat werkte twee kanten op. Eerst ging ik steeds meer weggooien zonder uit te zoeken maar vlak voor de deadline gooide ik niks meer weg maar verplaatste het naar de zolder van mijn moeder. Ik weet zeker dat het daar ook weer jaren ongebruikt blijft liggen.
30 hardloopshirtjes! Jongeuh…!
Het is zo gruwelijk herkenbaar 🙁 Ik tik dit in mijn overvolle thuis-kantoor waarvan ook het merendeel van de spullen absoluut niet nodig meer is. Dapper dat je hier aan begonnen bent. Tina en ik gaan binnenkort verhuizen. Ik heb me stellig voorgenomen om deze kans te gebruiken om eens goed door mijn spullen heen te gaan en echt alleen maar dat te verhuizen wat ik echt nodig heb. Over een paar maanden weten we of het gelukt is….
Oh wat leuk. Ik ben benieuwd waar jullie naar toe gaan.
We blijven in Heiloo. We gaan naar een oude bungalow 500 meter verderop. Eerst opknappen en dan gelijkvloers wonen 🙂
Symbolisch voor het Grote Afscheid.
Voor ons niet zo ver meer. We hebben nog een jaar of 15 à 20 om af te fakkelen. Laat het een goeie fik zijn! 😀
Ik had ook nog wel een losse alinea over De Kast verwacht 😅
ho Ho wacht ff. Wat heb je met die motor gedaan….?
Had je de Schwerinlaan niet ff op kunnen blazen dan?! Komt ie nu mee…Nu moet ik al mijn zooi weer weghalen daar..oh nee…wacht…gehecht aan Billy boekenkasten, Mart Smeets boeken (aaaaahhhh) en de kamp van Oom Lex…hmm…